De creatieve avonturen van een Wolvrouw (meestal) en een Houtman (zo nu en dan)

.


zaterdag 25 januari 2014

Nogmaals van Crap tot Cute

Het Opruimen neemt hier onderhand belachelijke vormen aan. Ik heb soms de neiging om de grote lijnen uit het oog te verliezen.
Jullie denken dat ik overdrijf? Dat ik voor het verhaal de boel weer wat aandik?
Hier het bewijs:


Ik zat gisteren serieus mijn doos punaises uit te zoeken.


Ik geloof dat ik hier verder niets meer over hoef te zeggen.

Maar het resultaat is wel een Zeer Overzichtelijke Lade!
Dankzij dat gefrummel op de vierkante millimeter kom ik echter ook weer met wat aardige Van Crap tot Cute voorbeeldjes.

Van de trui die ik in december gebruikte voor mijn Fantastische Kerstvestje had ik nog wat restjes over.


Jarenlang was mijn haar lang, toen in een opwelling kort, nu is het definitief terug naar lang. Ik zit echter in die beruchte tussenfase: net niet lang genoeg om achter mijn oren te steken (heel irritant bij het Opruimen).
Hier kwam het restje trui mij te hulp. Dit stukje boord had ik bijna in de prullenbak gegooid, maar het heeft nu een onverwacht handige functie: als haarband.


Ik weet niet hoe het jullie vergaat met haarbanden, bij mij glijden ze altijd tergend langzaam af. Mijn achterhoofd is blijkbaar te glad.
Maar mijn boordjeshaarband blijft dankzij de ribbeltjes keurig zitten. Handig en leuk genoeg om ook echt te dragen: met een houten kraaltje erop (het moet natuurlijk niet te zoet worden).


Van het overgebleven stukje maakte ik nog een roosje en die naaide ik op een haarspeld. Je zou het ook in plaats van de houten kraal op de haarband kunnen vastzetten. Of er een kleine broche van kunnen maken. Gewoon oprollen, met wat steekjes vastmaken en veiligheidspeld eraan.


Verder wordt het hier in Nederland nu eindelijk serieus koud.
Ik loop dan het liefst op die Australische, wollige, slappe laarzen die zo ongelooflijk lelijk zijn maar zo ongelooflijk lekker zitten. Andere laarzen zijn mij te koud en hard.
Ook dat is nu opgelost.
Een enkele keer was ik een deken te heet, dan zijn ze zo dik vervilt dat ik ze niet meer voor mijn kussens of sieraden kan gebruiken. Daar knip ik dan heerlijk warme én zachte binnenzooltjes uit.


Voor het hele gezin. En voor buurman Jan, die net langskwam toen ik aan het knippen was.


Zo, nu is het wel weer mooi geweest, dit is natuurlijk allemaal uitstelgedrag. Ik ga weer verder met opruimen.

vrijdag 17 januari 2014

Van Crap tot Cute



Ooit zag ik, compleet gebiologeerd, op TV een documentaire over een Duitser die slechts wilde leven van wat hij tegenkwam. Dus geen werk, geen inkomen, een zelfgebouwd huis (van afvalhout) en eten uit afvalcontainers bij supermarkten (daar schijnt beschamend veel weggegooid te worden!).
Een echte Dumpster Diver.
Nou ga ik niet meteen mijn baan opzeggen, maar het inspireerde me wel om eens met andere ogen te kijken naar wat ik zoal weggooi.
Uiteraard probeer ik geen voedsel in de vuilnisbak te kieperen (de rijsttafel is uit die Hollandse zuinigheid ontstaan, wisten jullie dat?) en zoals bekend zijn de Kringloop en ik dikke vrienden.
Maar verder, kan ik nog wat doen met onze rommel?

Zoals jullie weten ben ik aan het Opruimen. Niet zomaar opruimen, nee, serieus Kamer-voor-Kamer-Opruimen.
Het eerste wat ik vandaag deed was een oude agenda verscheuren.


Bladzijden loshalen van ringband en natuurlijk keurig in de oud-papierbak. Ringband weggooien.  Stop.
Die ringband is van stevig materiaal, eigenlijk zonde om weg te gooien.
Wat zou je daarmee kunnen?
Op een stok nieten als spinnenwebbenverwijderaar?


Ik kreeg een beter idee.
In een huis met twee pubers liggen altijd een veelvoud daarvan aan oordopjes (ik heb er niets mee te maken, weet zelfs niet hoe die dingen het huis binnenkomen). Oordopjes hebben de ergerlijke gewoonte direct zodra je ze neerlegt in de knoop te geraken.
Ringband op een plankje getimmerd, met vier krammen, en ik heb een ideale Oordopjes-kapstok!



Da's één.

Onze dikke kat (ook niet echt het toonbeeld van duurzaamheid) is eigenwijs, zoals wel meer katten.


Hij wil van de kamer naar de keuken, jij staat op laat hem eruit.
Hij wil weer terug van de keuken naar de kamer, je zucht, staat weer op en laat hem erin.
Hij wil er weer uit, je gooit een kussen naar zijn kop.

Dat kussen heb ik gemaakt van een oude deken. Daarvan is nog een stukje over.
Een klein stukje deken gebruik ik om een Deur-openhouder te maken!


Rechthoekje uitknippen, festoneren, aan de ene kant twee losse draadjes haken, aan de andere kant een lusje.


Eerst lusje om deurklink aan kamerkant, de twee losse draadjes strikken om deurklink aan keukenkant.


Deur valt niet meer in het slot. Dikke kat kan er in en uit, tot hij een ons weegt.
Da's twee.

Dit thema bevalt me wel, ik vrees dat ik hier de volgende keer nog een berichtje aan ga wijden.
Het enige nadeel is dat ik juist aan de Grote Opruiming begonnen was om het huis leger te krijgen.

zondag 5 januari 2014

Repair Café

Het is weer januari, zucht.
In een ver verleden heb ik me voorgenomen deze maand maar te gebruiken om op te ruimen en schoon te maken. Niet met diepe gedachtes over een nieuw begin, maar gewoon heel praktisch: januari is mijn moppermaand, ik word knorrig van al die grijsheid en grauwheid buiten.
Dan kan ik maar beter nuttig knorrig zijn.

Dus ben ik nu alles aan het ordenen. Schoonmaken, opruimen of wegdoen. En als iets kapot is neem ik het mee naar het Repair Café.

Kennen jullie het Repair Café?
Dat is een plek waar je met je kapotte maar dierbare spulletjes heen kan en waar een leger vriendelijke vrijwilligers klaar staat om je te helpen bij het eventueel repareren ervan.
Dat doen ze omdat het heel aardige mensen zijn én omdat ze allemaal duurzaam leven heel belangrijk vinden. Het kost daarom ook niets (alhoewel een stuk chocola en/of een vrijwillige bijdrage in de onkostenpot heel welkom is).


In de afgelopen jaren schoten ze als paddenstoelen uit de grond, bijna alle grotere steden in Nederland hebben zo nu en dan een Repair Café.
Ik hou niet van paddenstoelen, maar ik ben dol op café's, dus heb ik mij maar eens aangemeld als vrijwilliger in Groningen.


Ik geloof niet dat het standaard is, maar ik viel met mijn neus in de boter. Het Repair Café in Groningen is te gast bij de Dovensociëteit en dat is tot wederzijds genoegen, geloof ik. In ieder geval kregen wij een fantastische lunch aangeboden en leerde ik tijdens het eten wat basisprincipes van de gebarentaal.
Ik kan al aardig wat dingen duidelijk maken, bijna allemaal direct gelinkt aan voedsel.

Ik werd ingedeeld bij de textieldames.
Niet alleen ik, maar alle vrouwelijke vrijwilligers zaten om diezelfde tafel. Met een naaimachine. En een doos lapjes en bolletjes wol.



Mochten jullie nu diep zuchten: de emancipatie is een groot goed en juist daarom kies ik graag mijn eigen weg. Ik hou niet van techniek en wel van textiel.

Ik had mijn viltnaalden en kistje met viltwol meegenomen. Dat was voor de meesten toch weer iets nieuws en zo kon ik, als beginneling, toch een beetje de blits maken.


Die middag repareerde ik twee jassen (winkelhaken), een rugzak (losse schouderriem) en drie truien, waarvan er één in een mottenkolonie had gelegen. Het duurde even (en ik moet het zeggen, er is ook voor recyclen een grens) maar hij veranderde langzaam in een winterse trui met leuk sneeuwvlokjesmotief.



De tweede trui had (gelukkig) maar één gat en kreeg een bloem. De derde trui had geen gat maar vond de bloem zo leuk dat ze er gewoon eentje op haar schouder wilde.


Ondertussen werden aan andere tafels lampen, naaimachines, broodroosters en zelfs fietsen gerepareerd! Niet alles lukte, het zijn tenslotte allemaal vrijwilligers, maar de stemming zat er goed in, bij de reparateurs én bij de klanten.
Ook bij onze gastheren en -dames van de Dovensociëteit trouwens, want die deden lustig mee.


Heb je een Repair Café in de buurt? Ga er eens langs met iets wat je anders had moeten weggooien.
Of kom een middag je talenten aanbieden.
Het ging natuurlijk om duurzaam leren denken. Maar het bleek daarnaast een inspirerende ontmoeting tussen heel diverse mensen!